welkom

‘Ze komen hier tot rust’

‘Ze komen hier tot rust’

Bijna twee jaar geleden startten Janine en Erik een gezinshuis. Daar wonen ze nu met drie zoons en vier jongeren die niet thuis kunnen wonen. ‘We willen heel graag dat ze erop leren vertrouwen dat ze krijgen wat ze nodig hebben. Dat we doen wat we beloven.’

‘Een kind mag buitenshuis nooit de dupe zijn van de situatie thuis’

‘Een kind mag buitenshuis nooit de dupe zijn van de situatie thuis’

Het ging niet goed met Tamika, maar niemand zag het. Als volwassenen Tamika wél hadden gezien, had ze eerder de hulp gekregen die ze hard nodig had. Nu moest ze als 15-jarige zelf vragen om uit huis te worden geplaatst.

‘Bianca en Rutger zetten hun huis en hart open voor een vreemde. Dat zal ik nooit vergeten’

‘Bianca en Rutger zetten hun huis en hart open voor een vreemde. Dat zal ik nooit vergeten’

Ayşe woonde na het AZC twee maanden bij Bianca en Rutger en hun gezin. ‘We nemen haar gewoon mee in ons ritme. We eten alleen geen varkensvlees meer. Wij hebben wel een varkentje als huisdier, dat heeft ze vanochtend nog geborsteld.’

‘Het was voor mij thuis niet meer fijn en veilig’

‘Het was voor mij thuis niet meer fijn en veilig’

Destiny (16) was 7 toen ze niet langer bij haar ouders kon wonen. Nu komt ze op voor andere jongeren die uit huis moesten worden geplaatst. ‘Je leven is niet van je hulpverlener, maar van jou. Dus word wat je wil en laat niemand je naar beneden trekken!’

‘Je deelt de zorg voor een kind’

‘Je deelt de zorg voor een kind’

Mireille is met man en zoons al ruim 3 jaar ‘Meeleefgezin’ voor een jongetje van 5. Zo helpt ze er aan mee dat hij bij zijn eigen moeder kan blijven wonen. ‘Ik zou het heel mooi vinden als hij ons over 20 jaar nog steeds ziet als een plek waar hij altijd terecht kan.’

‘We zeggen: je hoort bij ons. Maar je weet het niet’ 

‘We zeggen: je hoort bij ons. Maar je weet het niet’ 

‘We hebben hem gezegd: je hoort bij ons en we laten je nooit meer los. Maar je weet het niet. Misschien vertrekt hij op z’n 18e wel en wil hij geen contact meer’

‘Ze begint erop te vertrouwen dat we haar niet loslaten’

‘Ze begint erop te vertrouwen dat we haar niet loslaten’

‘Ze begint erop te vertrouwen dat we haar niet loslaten. Dat is een besef dat ieder kind nodig heeft, al is het maar voor een paar weken per jaar.’

‘We zijn niet zo goed in loslaten’

‘We zijn niet zo goed in loslaten’

‘Ik las ooit een affiche van pleegzorg: “Ik zoek een huis waar ik om tien uur thuis moet zijn” Dat maakt diepe indruk op me: er zijn dus kinderen voor wie er helemaal geen regels zijn’

‘Bijzonder en ingewikkeld’

‘Bijzonder en ingewikkeld’

‘En toen kwam vrij halsoverkop het eerste kind: een jongetje van zeven. Een enorm druk, wild mannetje vol angst en agressie. Dus we moesten echt vol aan de bak’

‘Drie weken logeren en dan weer naar huis’

‘Drie weken logeren en dan weer naar huis’

Toen wisten we dat we niet nog eens intensief met een vakantiekind wilden optrekken om het daarna weer los te moeten laten. We wilden liever een band opbouwen’