‘Ik hoop dat ons kindje een beetje een avonturier wordt’

‘Ik hoop dat ons kindje een beetje een avonturier wordt’

‘Mijn vader was katholiek, mijn moeder protestant. Mijn ouders waren erg open naar andere levensbeschouwingen. We gingen naar open dagen in de moskee of de synagoge en ze hebben mijn broertje en mij ook bewust niet laten dopen. Ze vonden dat wij die beslissing later zelf moesten nemen. 
Ik heb ook wel overwogen me in de katholieke kerk te laten dopen. Ik voelde me daar thuis, maar uiteindelijk paste het toch niet. Ik geloof niet zozeer in iets of iemand, maar vooral in: samen ergens voor staan. 

Ik vind het een geweldig gevoel dat ik een mens mag dragen. Als ik dat mensje op de echo in mij zie bewegen, word ik heel blij. Ik word er ook heel rustig van. 

Royan en ik hebben al twaalf en een half jaar een relatie. Ik was veertien toen we iets kregen. 
We hadden al een tijdje een kinderwens en we maakten er weleens grapjes over, maar je weet natuurlijk ook niet of het ook lukt. Gelukkig dus wel.  
Vorig jaar is Royan voor zijn werk geëmigreerd naar Zweden. Net toen het contract rond was, bleek ik zwanger. In februari verhuis ik ook naar Zweden. Onze toekomst ligt daar. Zweden is volgens ons een goed land om een kind te laten opgroeien. Dus we gaan ervoor.

Toen ik de eerste maanden heel ziek was, was hij er gelukkig nog. Het is natuurlijk fijn als iemand dan je haar vasthoudt of een glaasje water voor je pakt, maar toch mis ik hem niet echt als ik nu nog wel eens misselijk ben. Ik voel me ook niet alleen. We hebben elke dag contact. En speciale momenten, zoals echo’s, proberen we wel samen te doen.

We hebben ons weleens afgevraagd of we goede ouders zouden zijn en toen zeiden we: natuurlijk zijn we dat. We hebben elkaar ontmoet op een landelijk kamp van de scouting, waar we alle twee leider waren. Daar ga je om met heel veel verschillende kinderen, ook moeilijke. Ik heb gezien hoe Royan met kinderen omging en ze hielp te groeien. Ik ben er van overtuigd dat hij dat ook bij ons kind zal kunnen.

Ik denk dat hij zou zeggen dat ik zorgzaam ben en dat ik kan luisteren, naar ons kind en naar mijn eigen gevoel.

Meer door de afstand. De liefde is nog steeds heel groot, maar omdat we elkaar maar zo nu en dan zien, voel ik me soms weer dat meisje van 15 dat op het station op haar vriendje stond te wachten. 
Ik kan daar enorm naartoe leven. 

Dat je altijd over alles praten, ook over nare onderwerpen. Over lastige gevoelens, twijfel, de dood. Wij konden thuis flink ruzie maken en dat was prima. Mijn ouders leerden ons ook dat het belangrijk is in je in een ander te verplaatsen. Iets kan bij jou heel hoog zitten, maar een ander kan dat anders ervaren. Of omgekeerd: iets kan voor jou onbelangrijk zijn, maar bij een ander hard aankomen. Natuurlijk wil je niet discrimineren, maar iemand anders kan dat wel zo ervaren. Daar moet je dan samen aan werken. 

Ja, zeker. Mijn ouders hebben elkaar ook ontmoet bij scouting. De overtuiging dat je iets moet bijdragen aan de maatschappij of aan een ander, zit er bij beide families in.

Royans familie hecht veel waarde aan het samenzijn met het gezin. Dat vind ik heel prettig. Dat ervaar ik overigens bij mij thuis ook wel. Zij praten ook wel veel met elkaar, maar iets minder makkelijk over nare dingen. 

Wel anders naar Nederland. Ik vind het hier erg afgepast. Ik deed pas na acht weken een zwangerschapstest en kreeg toen te horen: ben je nu nog wel op tijd om de kinderopvang te regelen? 
In Nederland vinden we het al geweldig dat vaders nu drie weken verlof krijgen. In Zweden krijg je samen 380 dagen, waarvan de vader er vanwege de bonding minimaal 90 moet opnemen.
En verder hoop ik dat ons kind in Zweden lekker buiten kan opgroeien, weer of geen weer. Royan woont tegenover een kinderdagverblijf, waar de kinderen de hele dag buiten zijn – als het regent met een regenpak, als het koud is met een muts en wanten. 

Dat het veel liefde mag ontvangen en ook kan ontvangen. En dat het zich altijd vrij mag voelen om te zijn, te doen en denken wat het wil. En ik hoop dat we later zullen zeggen dat het een goede keuze was om ons kindje in Zweden te krijgen.

Nee, ik heb heel sterk het gevoel dat het allemaal wel goed komt.

Vooral mijn schoonouders vinden dat wel moeilijk. Ik ben heel vaak bij Royans ouders en mijn schoonmoeder vind het jammer dat ze anders oma gaat worden dan ze had gedacht. Voor mijn ouders ligt dat wat anders. Zij vinden het ook wel jammer, maar ik zie hen sowieso wat minder vaak, omdat ze verder weg wonen. Ik vind het zelf niet zo lastig. We gaan voor niet voor kwantiteit, maar voor qualitytime.

Liefde, voor anderen en voor jezelf. Ik ben ervan overtuigd dat als je vanuit liefde handelt, je dat op een dag wel terugkrijgt.
Verder vind ik het heel belangrijk dat je kan luisteren naar anderen en naar jezelf en dat je respect hebt voor een ander en voor jezelf. En ik hoop dat ons kind een beetje een avonturier wordt.

Ik denk dat je daar mooie momenten kan vinden. Als je ongebaande wegen gaat, kom je andere mensen tegen en vind je andere oplossingen. Natuurlijk kun je dat het beste vanuit een sterke thuisbasis. Royan en ik kunnen alleen maar met zoveel zekerheid naar Zweden gaan, omdat we weten dat we altijd op onze families kunnen terugvallen.

Interview en foto: Marijke Verduijn