//= get_template_directory_uri() . '/vendors/fontawesome/fontawesome/fa-regular-400.woff2' ?> //= get_template_directory_uri() . '/vendors/fontawesome/fontawesome/fa-solid-900.woff2' ?> //= get_template_directory_uri() . '/vendors/fontawesome/fontawesome/fa-light-300.woff2' ?>
Waarover maken bekende ouders als Arnon Grunberg of Marjolijn van Heemstra zich zorgen? Wat willen ze hun kinderen meegeven om daarmee om te gaan? En wat zouden kinderen op school moeten leren om de toekomst mee vorm te kunnen geven?
‘Antropoloog van de toekomst’ Roanne van Voorst interviewde over deze vragen 12 bekende Nederlanders (voornamelijk journalisten), die ook ouder zijn.
Het oudste kind is 19, de jongsten 1. Dat maakt uit. Zo maakt Rutger Bregman (vader van een dochter van een jaar) zich zorgen over toekomstige dreigingen als de invloed van kunstmatige intelligentie en het gevaar dat terroristen toegang krijgen tot een dodelijk virus in een lab?’ Pubervader Henk van Straten loopt nu al aan tegen het schermgebruik van zijn zoons en de individualisering en afzondering die dat met zich meebrengt.
Het ouderschap brengt zorgen met zich mee, maar ook hoop. Anders kun je niet leven en het leven niet doorgeven. Om hun kinderen te helpen dat leven aan te kunnen, geven ouders niet alleen door wat zijzelf waardevol vinden, maar ook waar zij zelf invloed op kunnen uitoefenen.
Voor Lucy Woesthoff (vrouw van Dinand Woesthoff en mede-eigenaar van mediabedrijf Dromenjager) zit het in de kleine dingen. ‘Hoe je omgaat met de ober of met iemand op straat; hoe je spreekt over je geliefde als de kinderen erbij zijn – dat zijn de dagelijkse, simpele handelingen waardoor je je kinderen leert hoe je met mensen omgaat.’
Arie Boomsma (kinderen van 6, 4 en 2) maakt zich zorgen over de kwaliteit van lucht, water en grond en het gebrek aan buitenbeweging. Daarom is hij op een boerderij gaan wonen om zijn kinderen te laten opgroeien in de natuur.
Journalist en feministe Asha ten Broeke neemt haar dochters (11 en 15) mee naar protestmarsen en leert ze dat ze niet machteloos zijn. ‘Het is oké om soms het conflict op te zoeken als dat belangrijk is voor iets groters. [ … ] Onze kinderen hebben macht, als ze maar leren hoe ze die kunnen inzetten en als ze maar niet te bang zijn om die te gebruiken. Het zijn moeilijke tijden, maar er zijn altijd mogelijkheden om je te verzetten.’
Als schrijver Julien Althuisius zijn kinderen één ding mocht meegeven, was het: ga reizen. ‘Daar heb ik zoveel van geleerd.’ Voor theatermaker en dichter Marjolijn van Heemstra komt de trek naar exotische oorden juist voort uit een onvermogen te zien wat er dichtbij te zien is. Zij maakt met haar zoons van 6 en 8 nachtwandelingen door Amsterdam-Noord. ‘Laatst vonden we een glimworm.’
De vraag wat kinderen op school zouden moeten leren om hun toekomst vorm te kunnen geven, levert soms verrassende antwoorden op.
‘Een meer systemische biologie‘ (‘omdat de aarde een groot systeem is, waarvan ook mensen deel uitmaken’).
‘Hoe je een thema dat jij belangrijk vindt op de politieke agenda krijgt.’
‘Geestelijke gezondheid‘ (‘leer ze omgaan met stress, met sociale druk. Hoe ze een dipje kunnen onderscheiden van een depressie; bij zichzelf en bij vriendjes.’).
‘Dat je niet altijd hoeft te winnen in het leven‘ (‘Je hoeft niet met anderen te concurreren. We moeten onze kinderen leren samenwerken op een positieve en succesvolle manier, terwijl we onze eigen talenten en die van anderen laten schitteren.’).
Maar ook: ‘Een vechtsport‘ (‘omdat ik wil dat ze weerbaar opgroeien en zich kunnen verdedigen als dat echt nodig is’).
Tekst: Marijke Verduijn
Roanne van Voorst: Leven doet hopen. Ouders over de toekomst van hun kinderen.
Uitgeverij Podium, 2023
€ 22,99