//= get_template_directory_uri() . '/vendors/fontawesome/fontawesome/fa-regular-400.woff2' ?> //= get_template_directory_uri() . '/vendors/fontawesome/fontawesome/fa-solid-900.woff2' ?> //= get_template_directory_uri() . '/vendors/fontawesome/fontawesome/fa-light-300.woff2' ?>
Ariëtte’s oudste dochter Bowien overleed na de geboorte. Daarna kreeg ze tot haar grote geluk nog een meisje en een jongen: Nikki en Dion. Maar toen Nikki 16 was, eindigde een lange zoektocht met het besef dat hij een jongen was. ‘Ik heb gemerkt dat je als ouder drie paralelsporen loopt. Ik ben moeder en er zijn voor Nick en Dion, ik moet deskundige zijn én ik moet ruimte maken voor mijzelf. In het begin was ik vooral gericht op Nick. Maar ik heb geleerd ook naar mezelf te kijken: wat doet het met mij?
‘Nikki was een stoer meisje. Ze speelde nooit met Barbies of Babyborn en wilde al jong geen jurkjes of iets met bloemetjes meer aan. Ik dacht daar verder niet over na. Maar toen ze 12 was, schreef ze me een brief: “Ik denk dat ik een jongen ben”. Ik had wel gezien dat er iets was, maar hier nooit aan gedacht. Ze schreef ook: “ik ben bang dat je me niet meer lief vindt.” In de jaren daarna bleef het een zoektocht: ben ik een jongen of ben ik een heel stoer meisje? Vorig jaar, Nick was toen 16, zei hij toch: “ik denk dat ik een jongen ben.” Die avond heeft hij het ook aan Dion verteld. Die zei alleen maar: “Goed zo. Ik heb altijd al een oudere broer willen hebben.” Het is ook Dion die iedereen die nog “Nikki” zegt, verbetert: “Het is Nick.” Ik zei: “ik hou van jou en van wat in jou zit. De verpakking kan me niet zoveel schelen.”
Die zomervakantie gingen we shoppen, want er moest herenkleding komen. Toen hij na de vakantie als jongen naar school ging, had ik weer hetzelfde gevoel als toen hij naar groep 1 ging. Ik wilde hem beschermen. Ik was zo bang dat hij buiten de boot zou vallen. Dat hij als een freak zou worden gezien. Ik moest me bedwingen om niet achter hem aan te fietsen, of hem te stalken met whatsappjes. Maar hij kwam opgewekt thuis: het was prima gegaan.
Hij bleek het op school al te hebben verteld bij de presentatie van zijn profielwerkstuk over transgenders. Zelfs de stoerste jongens in de klas hadden geïnteresseerd geluisterd en alleen gevraagd: “ga je dan voortaan alleen nog met jongens om?” Maar hij heeft nog steeds het hechte vriendinnenclubje dat al bestaat sinds hij vier was. Het wordt nu wat moeilijker, omdat ze verschillende vakkenpakketten hebben, maar ze hebben nog steeds heel veel contact. En iedereen vindt het oké.
Binnen ons gezin had het wel de nodige gevolgen. Ik kreeg een ander kind. Niet alleen maar een kind dat anders was, maar ook echt een ander kind. Nikki was een pleasertje. Nick geeft – nu hij zichzelf mag zijn – beter zijn grenzen aan. Daar zit overigens ook pubergedrag in. Dat moet ik zien te schiften. Als Nick klaagt: ‘Niemand is er voor mij’, is dat dan een gewone puberklacht, of heeft het te maken met zijn transgender-zijn?
Soms twijfelde ik ook. Als Dion iets deed wat we als maatschappij “meisjesachtig” noemen, dacht ik: wat zijn z’n mannelijke een vrouwelijke kanten mooi in balans. Maar bij Nick legde ik alles onder een vergrootglas: zou een jongen dit doen? Is dit toch niet meer iets voor een meisje? Die twijfel is nu wel voorbij.
Maar er was natuurlijk wel de vraag: wat moeten we nu doen? Ik ben alles gaan lezen wat los en vast zit. En Nick had zelf al veel uitgezocht. Hij wist dat we naar de huisarts moesten voor een verwijzing naar het VU MC. Maar het VU MC is onderbemand en we wachten nu al meer dan een jaar op de eerste intake. Dat is heel zwaar. Natuurlijk moet er heel secuur worden gekeken of iemand inderdaad transgender is, maar het helpt bepaald niet als je een jaar moet wachten vóór je aan dat traject kan beginnen. Een puberlijf ontwikkelt steeds verder in een richting waarin je je niet thuis voelt, dus je wil zo snel mogelijk aan de hormonen die de puberteit remmen.
Vóór Nick zich had gerealiseerd dat hij een jongen was, voelde hij zich niet thuis in zijn lijf. Maar toen hij de knoop eenmaal had doorgehakt, kreeg hij er een afkeer van. Hij ging aan de prikpil, zodat hij niet meer menstrueert. En we kochten een binder, waardoor zijn borsten bijna niet meer te zien zijn.
Hij werd depressief en sliep bijna niet meer. We zochten hulp: bij het Centrum voor Jeugd en Gezin troffen we een geweldige psychologe met wie hij kan praten over wat hem bezig houdt. En we vonden een therapeut die hem Bowen Therapie en acupunctuur geeft. Na twee sessies sliep Nick gelukkig weer, maar hij zegt wel: “Nu moet de verpakking worden aangepakt.”
Ik heb gemerkt dat je als ouder drie paralelsporen loopt. Ik ben moeder en moet er zijn voor Nick en Dion, ik moet deskundige zijn én ik moet ruimte maken voor mijzelf.
Ik merkte dat alle informatie die er is, gericht is op het kind. Dat is natuurlijk heel begrijpelijk, maar waar is de aandacht voor het gezin om hem heen? Er zijn wel ouderdagen, maar die zijn zo massaal. Hoe vind je daar de intimiteit waarin je dingen kunt delen?
Toen bedacht ik: hier moet ik iets mee. Ik volgde in die tijd een aantal opleidingen en werd gevraagd voor de opleiding trainer Reversie Methode, een opvoedtraining voor ouders, omdat die mooi aansloot bij mijn ontwikkeling. Daar zei men: jij moet andere ouders gaan coachen. Nu zijn Nick en ik zijn plannen aan het maken voor centra waar ruimte is voor de transgender én zijn of haar ouder. Een plek waar je informatie kan krijgen, maar ook kunt aangeven waar je tegenaan loopt.
Ik vind het heel belangrijk dat ouders horen dat ze boos of verdrietig mogen zijn. Als ouders kunnen accepteren dat hun emoties er mogen zijn, komt er ruimte om naar hun kind te kijken. Ik heb geleerd dat mijn pijn en verdriet er mogen zijn. In het begin was ik vooral gericht op Nick. Maar ik heb geleerd ook naar mezelf te kijken: wat doet het met mij? Ik heb twee prachtige zonen en daar ben ik heel dankbaar voor. Maar soms ben ik ook heel verdrietig dat ik geen dochter meer heb. Ik heb twee dochters op de wereld gezet en nu heb ik er geen meer. Ik ben gaan begrijpen dat dat verdriet er mag zijn. Maar dat verdriet is mijn pakkie-an. Dat zegt niets over Nick.
Als gezin zijn we hechter geworden. Nick heeft zichzelf opgegeven voor het programma Hij is een zij. Dat hebben we natuurlijk besproken met Dion, want die kan dan ook op tv komen. Dion zei grappend “ik heb altijd al beroemd willen zijn. En als dit de weg is, die ik moet gaan …” Maar even later zei hij heel serieus: “het is voor mij helemaal oké.” En gelukkig staan hun vader en bonusmoeder ook achter Nick.
Soms ben ik heel verdrietig dat ik geen dochter meer heb. Ik heb twee dochters op de wereld gezet en nu heb ik er geen meer. Ik ben gaan begrijpen dat dat verdriet er mag zijn.
Als Nick straks geregistreerd mag worden als Nick, sturen we een nieuw kaartje: Nick is in de wereld. We zoeken nog naar een ritueel waarin we afscheid nemen van Nikki. Ik denk dat het graf van zijn zusje Bowien daar een rol in zal spelen.
Nick komt er wel. Dat zie ik steeds vaker. Ik ben heel trots op hem. Hij doet het toch maar.’
Interview: Marijke Verduijn