Krijg je kind aan het lezen (voor een Kerstvakantie met niet alleen social media)

Krijg je kind aan het lezen (voor een Kerstvakantie met niet alleen social media)

‘Het allersimpelste recept, dat vrijwel altijd werkt, is dat je zelf enthousiast bent over een boek en daarover vertelt. Net als volwassenen willen kinderen graag wat achtergrondinformatie voor ze zich in een boek storten. Zeker als het dik is, of het omslag hen niet zo aanspreekt, denken ze misschien: dat is niet voor mij.
Maar als je er dan over gaat vertellen, kan er een vlammetje overslaan. Of niet, natuurlijk, maar dan is er zeker een ander boek wat ze fijn zouden vinden. Dus blijf vooral vertellen.

Ik probeer me altijd in een kind te verdiepen. Het maakt niet zoveel uit hoe oud het is. Kruip in zijn hoofd: wat voor hobby’s heeft het? Wat houdt hem bezig? Wat is z’n leesniveau? Wat kan het aan?

En aan de aanbodkant vind ik het belangrijk dat een boek origineel is. Dat een schrijver verbeeldingskracht heeft en jou op de eerste bladzijde al meeneemt in het verhaal. Op die eerste paar bladzijden moet het gebeuren, anders leg je het weg.
Als de karakters prettig zijn, als er echt avontuur in zit en dingen waar je over na kan denken, dan word ik daar heel blij van. Dan kan ik ook wel vergoelijken dat de plotwending misschien iets te makkelijk is.

Er zijn boeken die echt onverslaanbaar zijn. Ronja de Roversdochter van Astrid Lindgren is al best lang geleden geschreven, maar wordt actueler nu kinderen minder bewegingsruimte krijgen. Ronja mag van haar vader niet alleen het bos in, maar doet het toch. Dan vraag ik: “Wie van jullie zouden van je ouders alleen het bos in mogen?” Dan steekt geen kind z’n vinger op. Dat begrijp ik natuurlijk, maar kinderen willen wel graag ontdekken, dus ze voelen dat verlangen bijna allemaal met Ronja mee.
Maar het heftigste is dat Ronja moet kiezen tussen haar vader en haar vriend. Dat is natuurlijk een enorm dilemma. Daar zijn kinderen sprakeloos van, dat kunnen ze heel goed navoelen. En dat leert je ook dat het leven niet altijd eenvoudig is.

Vorig jaar verscheen een boek dat net zo’n klassieker kan worden: De jongen die van de wereld hield van Tjibbe Veldkamp. Dat begint al zo sprankelend en is zo mysterieus. Adem, de hoofdpersoon, is nog niet geboren, maar ziet alles al. Op het moment dat zijn ouders elkaar ontmoeten, komt hij als geest tot leven. Als zijn ouders na hun eerste ontmoeting het contact dreigen te verliezen, krijgt Adem een voorschot op het leven om zijn ouders weer bij elkaar te brengen en zo zijn eigen leven veilig te stellen. Want hij wil leven. Wat ik mooi vind aan dat boek, is dat je door zijn ogen het mooie van de wereld ziet. En ik denk dat alle kinderen wel eens denken: stel dat mijn ouders elkaar niet zouden hebben ontmoet. Dan zou ik er niet zijn … Dat is natuurlijk best een ingrijpende ervaring.

Gelukkig wel. Als je zelf leert lezen, is dat iets magisch. Dan moeten er boekjes zijn die jij leuk vindt om te lezen. In de praktijk kan je de lat best een beetje hoger leggen dan de AVI-boekjes: als kinderen een woord niet begrijpen, lezen ze er gewoon overheen, of komen ze wel vragen wat het beteken

Voor het eind van groep 3 is er een heel mooie serie: Tijgerlezen. Mooie hardcoverboeken van verschillende schrijvers, vaak best dik, je hebt een echt boek in handen, maar vaak heel grappig en leuk om te lezen. Ze volgen losjes de AVI-regels: het moet natuurlijk niet zo moeilijk zijn dat je het niet kan begrijpen. Dat is echt een heel leuke serie.

Voor jongens die niet zo graag lezen, is mijn geheime troef uit diezelfde serie Tijger in je bed van Bibi Dumon Tak. De illustraties zijn van Ingrid en Dieter Schubert en die hebben dat echt spannend gemaakt. In elke klas zijn er altijd kinderen die dat heel graag willen lezen en helemaal verliefd zijn op dat boek. Dan gaan ze het natekenen en vragen ze de volgende keer: “Juf, heeft u dat tijgerboek weer mee?”

Nu is er weer zo’n griezelig boek verschenen: De schedel van Jon Klassen. Een volkssprookje met spannende en mysterieuze tekeningen, die alle kinderen prachtig vinden. En dat lezen komt dan gewoon vanzelf.

Inmiddels komen andere uitgeverijen ook met leuke boeken voor beginnende lezers. Bijvoorbeeld de Bam. Ik lees-boekjes van uitgeverij Volt. Dat zijn non-fictieboekjes voor beginnende lezers, eind groep 3, begin groep 4. Over gamen, muziek, panda’s en nog veel meer. Die zijn wat dunner, maar heel leuk geïllustreerd en je komt echt wat te weten.

De grootste dip komt na groep 6. Als je het als school of als ouder niet goed bijhoudt, haken veel kinderen in groep 7 en groep 8 af als lezer. En anders vallen ze gegarandeerd uit als ze naar de middelbare school gaan. Dus dan is het helemaal belangrijk dat een docent of ouder er enthousiast over vertelt – anders gaan ze uit het raam zitten kijken.

Maar er is altijd een weg terug. Zoek als docent samen met een kind een boek uit: waar hou jij van? Wat speelt er in jouw leven?
Als het lezen minder vanzelfsprekend gaat, kan je ook beginnen bij graphic novels. Dat doe ik in de bovenbouw ook wel. Dat vinden ze allemaal geweldig en lang niet alle graphic novels zijn oppervlakkig.

Voor 11+ is bijvoorbeeld Het dagboek van Cerise heel mooi. Dat gaat over een meisje dat heel graag schrijfster wil worden en daarom allerlei dingen heel goed in de gaten houdt. Daardoor rolt ze in allerlei avonturen. Dat is zó mooi getekend!

Mijn eigen kinderen vonden Kleine vampier van Joan Sfarr (8+) heel mooi, maar dat is misschien niet meer verkrijgbaar.
In dezelfde leeftijdscategorie is Hilda van Luke Pearson heel mooi. Dat is ook een ontzettend mooi getekend stripverhaal.
En dan is er Doen, durven of waarheid van Nora Dåsnes (11+), over een meisje dat naar groep 8 gaat, met een bucketlist van dingen die ze wil doen. Zo wil ze verliefd worden, maar de andere kinderen willen liever in het bos spelen en een hut bouwen en ze komt helemaal geen leuke jongens tegen. Heel onnadrukkelijk wordt ze dan verliefd op een meisje. Dat heb ik laatst meegenomen naar een school en dat vonden kinderen heel mooi.

Voor tieners zou ik bijvoorbeeld Pardalita van Joana Estrela aanraden. Dat is vorig jaar bekroond met zowel een Zilveren Griffel als een Zilveren Penseel. Of de verstripping van de trilogie Het gouden kompas van Philip Pullman. Dat zijn heel spannende verhalen, op een hele mooie manier getekend.

Help je kind. Lees met je kind mee en pak zelf af en toe ook eens een boek. Je kan kinderen niet enthousiast maken voor lezen als je het zelf niet doet. Herlees eens een boek uit je jeugd. Of lees een young adult. Je hoeft er geen hele avonden aan te besteden – zo dik zijn ze niet – en je kan er enorm veel plezier uit halen.

En praat erover. Er zit in boeken zoveel waar je over kan praten. Niks zo leuk om met je kinderen een gemeenschappelijk referentiekader te hebben. Dat blijft op allerlei leeftijden leuk.
Gamen is ook leuk, maar het is zo fijn als ze dit ook meekrijgen. Nog afgezien van hoe belangrijk lezen is voor hun verdere leven, voor hoe ze zich ontwikkelen.

Niet allemaal. De oudste is Nederlands gaan studeren en leest graag. De jongste is dyslectisch en haat lezen. Maar ze houdt wel veel van verhalen, dus met haar ben ik veel naar jeugdtheater geweest.
Alle kinderen houden van verhalen, maar niet alle kinderen houden van boeken. Ik heb hen wel altijd verteld over wat ikzelf aan het lezen was, zelfs als dat tienerboeken waren en zij nog op de basisschool zaten. Het leverde altijd leuke gesprekken op!

Interview: Marijke Verduijn

Lees ook:
‘Er is niks beters dan een echt goed boek’. Sofie (19) en Nisrine (21) lezen dankzij BookTok
Lydia Rood: ‘Middelbare scholieren zitten soms met hun duim in de mond als ik voorlees’
Top-10 kinder- en jeugdboeken over opa’s en oma’s
Top-10 zinnige kinder- en jeugdboeken over de wereld om ons heen
Top-10 kinder- en jeugdboeken over identiteit
Top-10 kinder- en jeugdboeken over vriendschap (en het einde daarvan)
Top-10 Bijbelverhalen
Het echte Kerstverhaal